VVIA Europees geëerd in Parijs

de winnaars van de European Heritage Awards/Europa Nostra Awards 2019

We waren in Parijs, voor de European Cultural Heritage Summit, waar de European Heritage Awards/Europa Nostra Awards 2019 uitgereikt worden.
Zoals vroeger reeds gemeld, ontvangt onze Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie vzw er een 'award for dedicated service', omdat we ons sedert 1978 onafgebroken met vrijwilligers inzetten voor het behoud en de ontsluiting van industrieel erfgoed in Vlaanderen.

zondag 27 oktober 2019
We vertrokken zondag vanuit Rijsel, en konden zondagavond onmiddellijk deelnemen aan de welcome reception in het prestigieuze 'Cercle de l'Union Interalliée', waar naast de voorzitters van Europa Nostra ook toespraken waren van Cathérine Magnant (hoofd van de Europese DG Educatie, Jeugd, Sport en Cultuur) en Stéphane Bern. Deze laatste werd door president Macron aangesteld om een landelijke actie te voeren voor het redden van bedreigde monumenten, sites, collectie. Burgers kunnen bij de 'Mission Bern' bedreigde gebouwen en sites melden, en daar wordt dan een selectie uit gemaakt voor crowd funding. Belangrijk in diens toespraak was o.m. dat hij in volle vrijheid, onafhankelijk en ongebonden, dingen kon doen en zeggen die buiten het kader vallen, die vernieuwend zijn en die soms zelfs ingaan tegen wat vastgelegd is. Eigenlijk zouden we in Vlaanderen ook zo'n figuur en 'mission' kunnen gebruiken.


maandag 28 oktober
In het ongelooflijke Hôtel de Ville (stadhuis) van Parijs konden we tijdens het Excellence Forum de werking en ervaringen van VVIA voorstellen. Er kwamen 25 geselecteerde projecten aan bod, en dat was een gelegenheid om te vergelijken. De meerderheid in de erfgoedsector heeft nog steeds met 'traditioneel' erfgoed te maken, ook met veel geld en overheid.
Op het vlak van het industrieel erfgoed situeerden zich in feite enkel het museum voor houten scheepsbouw in Betina (Kroatië) en het erg toeristische mijncomplex 'Queen Louise Adit' in Zabrze (Polen). Boeiend was ook de opwaardering van de oude Lithica-steengroeve in s'Hostal (Menorca), nu een centrum voor muziek, dans, kunst in openlucht
Het viel op dat het industrieel erfgoed ver in de minderheid was, evenals het werk van vrijwilligers. Eigenlijk waren we een beetje een buitenbeentje - maar precies dat leverde ons achteraf veel vragen, goeie contacten,... op.
Tijdens het debat van de themagroep waar we in ingedeeld werden (Resilient Heritage) stelde onze voorzitter dat het debat en de aanpak van erfgoed vandaag te veel is komen liggen bij het financiële en het materiële, te weinig bij de mensen, en dat de vrijwilligers die zich er voor willen inzetten te veel 'gebruikt' worden om door 'opdrachtgevers' opgelegde doelstellingen te halen.


dinsdag 29 oktoberbedreui
Het hoogtepunt...

 

Terwijl degenen die ‘s avonds moesten optreden zich mentaal konden voorbereiden en gebriefd werden over het verloop van de ceremonie konden belangstellenden de de ongelooflijke chocoladefabriek Menier in Noisiel bezoeken.

Om 18u gingen de deuren van het Théâtre du Châtelet open en stroomde het volk en hoogwaardigheidsbekleders de zaal binnen, en stipt 19 u startte de ceremonie, de ‘Grande Soirée du Patrimoine européen’, voor de uitreiking van de European Heritage Awards/Europa Nostra Awards 2019. De prijsuitreiking werd bijgewoond door meer dan 1.000 mensen, variërend van hooggeplaatste ambtenaren van EU-instellingen en lidstaten tot vooraanstaande vertegenwoordigers van erfgoedorganisaties uit heel Europa.
De avond was een indrukwekkende plechtigheid, afgewisseld met speeches en muziek. Er was een video-boodschap van David Sassoli, voorzitter van het Europees Parlement, en toespraken van o.m. Plácido Domingo, President van Europa Nostra en Tibor Navracsics, uittredend Europees Commissaris voor Onderwijs, Cultuur, Jeugd en Sport.

Plácido Domingo verklaarde: “Het is een enorm plezier om alle winnaars op het podium te ontmoeten en te vieren in het prachtig gerestaureerde Théâtre du Châtelet in het hart van Parijs. Het opmerkelijke werk en de onvermoeibare inzet van elk van deze erfgoedhelden is een voorbeeld en inspiratie voor iedereen die waarde hecht aan en zorgt voor ons cultureel erfgoed. Zoals bewezen door onze laureaten in het verleden, is een Prijs een effectieve opstap naar de voortzetting en het toekomstige succes van hun inspanningen en het zet hun prestaties in de verf, die op hun beurt andere erfgoedkampioenen doorheen het continent inspireren."
Tibor Navracsics zei: “Ik feliciteer de winnaars van de Europese Erfgoedprijzen / Europa Nostra Prijzen van harte met hun succes en welverdiende erkenning. Afkomstig uit alle delen van Europa en met resultaten variërend van baanbrekend onderzoek en vakkundig herstel tot hoogwaardig onderwijs en opleiding, of een levenslange toewijding aan cultureel erfgoed, elke winnaar is uniek.Toch hebben ze allemaal één ding gemeen: ze schrijven Europa's meest succesvolle erfgoedverhalen. Ik dank alle winnaars hartelijk voor hun waardevolle bijdrage en inzet voor het behoud, de bescherming en de versterking van het gedeelde culturele erfgoed van Europa voor de huidige en toekomstige generaties. Met hun werk helpen ze ons ervoor te zorgen dat het Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed 2018 een blijvende impact heeft.”

Er waren vier categorieën: conservatie (de grootste), wetenschappelijk onderzoek, inzet van personen en vrijwilligers, en publiekswerking, opleiding en bewustmaking.
In totaal werden er 25 prijzen uitgereikt.
Onze VVIA was geselecteerd in de categorie ‘dedicated service’ (inzet), samen met de Fortidsminneforeningen (de Noorse National Trust, die dit jaar 175 jaar bestaat) en de Zwitser Léonard Gianadda die via een eigen stichting een aantal kunstmusea realiseerde. In de categorie ‘wetenschappelijk onderzoek’ kwam er ook een Belgisch project aan bod, nl. VERONA, het Van Eyck Research in OpeN Access-project van het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (een federale wetenschappelijke instelling).

Voor de pauze werd ook een speciale huldiging ingevoegd voor de Parijse brandweer en de heldhaftige manier waarop ze de brand in de Notre Dame bestreden.

Na de pauze werden de ‘grand prix’ en de publieksprijs uitgereikt. VVIA was daar niet bij. Daar hadden we eigenlijk niet op gerekend, als kleine organisatie uit een kleine regio, die geen prestigieus gebouw of site beheert en restaureert, maar met vrijwilligers vooral inhoudelijk bezig is met een thema dat vandaag (nog) niet echt in de markt ligt.
De 'grand prix' gingen naar

Categorie Instandhouding

  • de Sint-Bavo Kathedraal, Haarlem, Nederland, een ontwerp van J. Cuypers en geconsacreerd in 1898. Door een beperkt onderhoud in de afgelopen eeuw bevond de kathedraal zich in een slechte staat met uitgebreide structurele en andere conserveringsproblemen. Het project heeft de kathedraal in zijn oude glorie hersteld door de inrichting van het interieur met nieuwe kunstwerken, en heeft zijn waarde bevestigd als een sociaal en cultureel centrum in Haarlem. De jury prees de holistische benadering van het conservatieteam en merkte op dat "door onderzoek een correcte interpretatie van enkele verborgen, symbolische elementen van de decoratie werd gemaakt."
  • het Koningin Louise Adit Complex, Zabrze, Polen. De revitalisering van de mijngang en dit mijnbouwcomplex werd uitgevoerd door het Kolenmijnmuseum in Zabrze, dat het complex ook uitbaat. Het hoofddoel van dit uitdagende project was het behoud van het mijnerfgoed door het geheel te herbestemmen en te revitaliseren voor culturele, educatieve en toeristische doeleinden. Het project, dat over meer dan 15 jaar werd uitgevoerd. De totale kostprijs bedroeg 39.629.100 euro, waarvan 15.551.175 euro gefinancierd werd met subsidies van de Europese Unie. De jury merkte op dat “mijnbouwlocaties zoals deze verdwijnen. Het behoud van het erfgoed van historische kolenmijnen is van vitaal belang voor toekomstige generaties, omdat het een belangrijk element is in de geschiedenis van niet alleen Polen, maar ook van Europa. ”
  • het Oratorium van het Partal Paleis in het Alhambra, Granada , Spanje. Het Oratorium van het Partal Paleis belichaamt de islamitische wortels van het Alhambra, met zijn rijk versierde architectuur, arabesk pleisterwerk en een ingewikkeld versierd houten frame en houten plafonds. Het World Monuments Fund en Robert W. Wilson Challenge hebben het restauratiewerk medegefinancierd. “Op deze site is een belangrijk deel van de Europese, interculturele geschiedenis vertegenwoordigd. De restauratie, een uitstekend voorbeeld van publiek-privaat erfgoedpartnerschap, is gebaseerd op grondig interdisciplinair, wetenschappelijk onderzoek en heeft verdere details onthuld over de Nasrid bouw- en timmertechnologie”, aldus de jury.

Categorie Onderzoek

  • het RomArchive, Duitsland, is een internationaal digitaal archief voor de Roma kunst en cultuur, aangevuld met historische documenten en wetenschappelijke teksten. Het archief stelt de Roma in
    staat om het verhaal rond hun gemeenschap terug te winnen en zelf te vormen. De ontwikkeling van RomArchive, tot de lancering ervan, werd voornamelijk ondersteund door de Duitse Federale Culturele Stichting. De jury stelde "Het onderwerp van dit onderzoek is essentieel voor de geschiedenis van de Europese bevolking. Roma vormen met twaalf miljoen mensen de grootste verwaarloosde minderheid in Europa. Dit archief is bijzonder innovatief, omdat het aandacht besteedt aan de zelfrepresentatie van de Romani-identiteiten, en ook omdat het zowel tastbare als ontastbare aspecten van dit erfgoed uitdrukt en de stereotiepe percepties van Roma achterlaat”.

Categorie Toegewijde Dienst

  • Fortidsminneforeningen, de National Trust van Noorwegen, werd opgericht in 1844 en heeft een centrale rol gespeeld in het creëren van een landelijk erfgoedbeheer voor de bescherming van de historische locaties in Noorwegen. De organisatie vertrouwt op een uitgebreid en toegewijd vrijwilligersnetwerk dat meer dan 7.000 actieve leden telt. De jury loofde Fortidsminneforeningen voor “175 jaar bescherming en bewustmaking van cultureel erfgoed.” Fortidsminneforeningen bezit en onderhoudt 40 eigendommen in het hele land en doet dit grotendeels met wetenschappelijke ondersteuning en begeleiding van het Noorse Directoraat voor Cultureel Erfgoed: Riksantikvaren

Categorie Onderwijs, Opleiding en Bewustmaking

  • Zeituhr 1938, Wenen, Oostenrijk. Dit project werd in het leven geroepen door een groep filmmakers, historici en programmeurs om het verhaal van de zogenaamde Anschluss van Oostenrijk te vertellen, ter gelegenheid van zijn 80ste verjaardag. Op 11 maart 2018 diende de huidige kanselarij op de Ballhausplatz in Wenen als een scherm waarop het verhaal van de annexatie werd geprojecteerd. Tijdens de Anschluss was dit het toneel van de machtsstrijd tussen de lokale nazi's (op bevel van Berlijn) en de Oostenrijkse president. Zeituhr 1938 bereikte inmiddels duizenden gebruikers via internet, radio, televisie en mobiele telefoons, evenals via analoge media zoals ansichtkaarten, lezingen en print. "Deze innovatieve aanpak maakt een genuanceerder begrip mogelijk van de individuele verantwoordelijkheden bij het veiligstellen van democratie en de gemeenschappelijke waarden van de samenleving", aldus de jury.
  • Stewards of Cultural Heritage, Duitsland. Dit project, onderdeel van het 'Stunde Null'-project van het Archaeological Heritage Network en ondersteund door het Ministerie van Buitenlands Zaken en de Gerda Henkel Stichting, is opgezet om het Syrische culturele erfgoed te helpen beschermen door Syrische erfgoedspecialisten, die momenteel in Turkije verblijven, cen om hen opleiding te geven. "Dit is een uitstekend, internationaal en gezamenlijk opleidingsinitiatief, waarbij verschillende belanghebbenden zijn betrokken en een belangrijk actueel probleem met pan-Europese belang wordt aangepakt", aldus de jury.

De winnaar van de publieksprijs werd gekozen door 8.500 mensen die op hun favoriete erfgoedprojecten in Europa hebben gestemd via een online enquête van Europa Nostra. Het werd

  • De Versterkte Nederzetting van Mutso, een project van de Nationale Dienst voor Cultureel Erfgoed van Georgië. De prijs werd in ontvangst genomen door Nikoloz Antidze, algemeen directeur van de erfgoeddienst, samen met Salome Zoerabisjvili, presidente van Georgië.
    Mutso is een opmerkelijke versterkte nederzetting die eeuwenlang de sterkste buitenpost in Noord-Georgië was, de wegen controleerde en de staatsgrens beschermde vanaf de 10e eeuw. Het barre klimaat, het gebrek aan bouwland, de slechte infrastructuur samen watertekorten leidden tot de ontvolking van het dorp in het midden van de 20e eeuw. In 2014 werd een project voor de restauratie en renovatie van de nederzetting opgestart door de Nationale Erfgieddienst van Georgië (NACHP) onder het ministerie van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport, met de steun van de Georgische regering en in samenwerking met andere staatsinstellingen . Het project werd ook ondersteund door particuliere financiering, met name de International Charity Foundation Cartu

Als je de bescheiden schaal van VVIA vergelijkt met de andere projecten, en de impact van de overheid en financiering bij deze, dan is het zeker geen schande dat VVIA niet tot een 'Grand Prix' uitverkoren werd. Voor wat de publieksprijs betreft viel het ons ook voordien reeds op hoe in een aantal landen en regio’s door organisaties en overheden op grote schaal gemobiliseerd werd om op hun project te stemmen. Een dergelijke mobilisatie ontbrak in Vlaanderen - en met VVIA kun je ook niet alles zélf doen. Vlaanderen is Vlaanderen...

Maar we zijn toch bijzonder tevreden met ons resultaat, met de contacten die in Parijs gelegd werden op tal van niveaus, op de gesprekken met collegae - én vooral met de belangstelling en het respect dat we uit het werkveld kregen voor onze aanpak. De inzet van onze vrijwilligers gedurende 40 jaar, zonder structurele subsidie, wekte verwondering en bewondering. Onze aanpak en engagement werd door iedereen waarmee we praatten als ‘apart’ en 'uitzonderlijk' gekwalificeerd. We denken dat we er ook een reeks personen uit andere landen mee geïnspireerd hebben. In elk geval kregen we een paar uitnodigingen om volgend jaar onze ervaring bij hen te komen voorstellen.

De avond werd besloten met een indrukwekkend concert van het ensemble MusicaAeterna onder leiding van Teodor Currentzis en de sopraan Sandrine Piau, met muziek van de Franse barokcomponist Jean-Philippe Rameau. Alleen daarvoor zou je al naar zo'n avond trekken.


Woensdag 30 oktober

Ter afsluiting van deze drukke dagen woonden we nog het debat bij overCultural Heritage at the Heart of the Revival of the European Project”  in het Collège des Bernardins. Dat omvatte verschillende rondetafels, die zowat allemaal concludeerden dat het Europees project meer moet steunen op de gemeenschappelijke cultuur, en deze dan ook meer zou moeten ondersteunen.
Het belang van cultuur en erfgoed voor de opbouw van een gemeenschappelijk Europa kwam er duidelijk naar voor, en ook hoe cultuur- en erfgoedzorgers met mekaar over de grenzen heen moeten samenwerken aan dat Europa.
Vanuit VVIA hebben we daar sedert ons ontstaan oog voor. Onze samenwerking met collegae in andere landen is daarvan een bewijs.
Alhoewel het industrieel erfgoed getuigt van de start van de globalisering en daardoor het verdwijnen van de grenzen in Europa, kwam dit erfgoed niet - of slechts terzijde - aan bod. We moeten vanuit onze sector meer de nadruk leggen op de wijze waarop technieken, materialen en grondstoffen, machines, kapitalen en arbeiders vanaf de industriële revolutie steeds meer de grenzen overschreden. En hoe de spoorwegen bv leidden tot het gelijkschakelen van de tijd tussen de regio's, nadien tussen de landen. Europa zoals we het nu kennen is een resultaat van de industriële ontwikkeling in de 19de en 20e eeuw.

We liepene in de buurt van de Sorbonne door de straten waar in 1968 gescandeerd werd "Ce n'est qu'un début. Continuons le combat".
En hadden we een blik op de Notre Dame - die een schok van erfgoedsolidariteit doorheen Frankrijk, Europa, de wereld deed gaan. Het is jammer dat daarvoor een grote brand nodig is om mensen en gemeenschappen  bewust te maken van het belang en de onvervangbaarheid van erfgoed.
Wij hopen dat er geen grote brand nodig is om hetzelfde te bereiken voor het erfgoed van onze industriële maatschappij.

 

 

CONCLUSIE

Wij zijn uiteraard fier en gelukkig dat onze Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie eergisteren in het Parijse Théâtre du Châtelet tijdens de European Cultural Heritage Summit één van de Europese Heritage Awards mochten ontvangen, in aanwezigheid van tal van Europese en andere prominenten. Na de uitreiking hadden we tal van boeiende contacten, en werden we van alle kanten gelukgewenst. We waren (zijn) een beetje een buitenbeentje, naast de grote en sterk gesubsidieerde instellingen. David tussen de Samsons...

Laat deze prijs (eindelijk!) een erkenning zijn van/voor al degenen, die zich voor en achter de schermen, sedert 1978 als vrijwilliger ingezet hebben voor de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie en voor studie, behoud en ontsluiting van ons industrieel en technisch erfgoed - ook degenen die ons ontvallen zijn.
Zonder hen zou het industrieel erfgoed in Vlaanderen er heel anders uitgezien hebben, ongetwijfeld veel armer.
Opmerkelijk dat zulks precies vanuit Europa moe(s)t duidelijk gemaakt worden.

Het was tijdens voorbije decennia niet altijd een gemakkelijke taak, met veel ups en downs - en nu een ‘up’.
Die 'up' moet ook een signaal zijn.
Een signaal voor het belang van het industrieel en technisch erfgoed als onderdeel van onze Europese en Vlaamse geschiedenis en identiteit.
Een signaal voor het belang van de bottom-up tegenover de top-down tendens die overal het overwicht krijgt.
Een signaal voor het belang van de inzet, rol en plaats van al die vrijwilligers. Die wordt te weinig naar waarde geschat in een tijdperk waar vrijwilligers zich moeten 'confirmeren' en hun taak herleid wordt tot het opknappen van allerhande klusjes van overheden, instanties en GONGO's (Goverment Organised Non Governmental Organisations).
We moeten terug naar de eigen en creatieve roots van de authentieke vrijwilligersinzet.

VVIA zet zich nu verder in voor de principes en idealen waarvoor we staan en altijd gestaan hebben. Erfgoedzorg moet bottom-up, de burger is de eerste belanghebbende. Het industrieel erfgoed is een globaal erfgoed, dat getuigt van de manier waarop onze hedendaagse maatschappij ontstond en zich ontwikkelde. Industrieel erfgoed is onmiddellijk relevant voor VANDAAG en MORGEN.
VVIA moet, en zal, verder timmeren aan de weg die we voorbije 41 jaar uitstippelden en bewandelden.
Na het behalen van deze Europese prijs mogen we niet op onze lauweren rusten, moeten we ons niet voor 100% maar voor 200% verder inzetten voor onze doelstellingen.
Dat kunnen we maar dank zij de steun en inzet van velen, van U, van vrienden, kennissen, collegae.
Weze dit een oproep om U concreet te engageren voor het industrieel erfgoed. Zelfs kleine dingetjes kunnen het verschil maken.
Denk even na, wat U en Uw organisatie hieraan kunnen bijdragen, en geef ons een seintje.

En hierbij uiteraard een bijzondere dank aan iedereen die dit gedurende voorbije decennia mogelijk maakte.

 

voor de verschenen persartikelen zie op onze vroegere pagina over de European Heritage Awards/Europa Nostra Awards

 

JA,
IK STEUN VVIA

(klik hier)